Iepen of olm is een ringporige loofboom. Daardoor krijgt het hout een aantrekkelijke vlamtekening. Iepenhout is vast, taai, vrij licht en meestal gelijkmatig van structuur. Canadees iepen of ‘rock elm’ is zwaarder, harder, sterker en taaier dan Europees iepen. Japans iepen komt met Europees iepen overeen, maar is egaler van kleur en heeft meer glans. Het is fijner van structuur, iets zachter en ook gemakkelijker te bewerken. Het kernhout van Europees iepen is lichtbruin tot dof donkerbruin, soms met een groenachtige glans. Het spint is geelwit. Van ‘soft elm’ is het kernhout licht grijsbruin tot rozebruin, het brede spint grijswit tot lichtbruin. Het kernhout van ‘red elm’ is roodbruin tot donkerbruin gekleurd met smal grijswit tot lichtbruin spint. Vroeger was het gebruikelijk iepenstammen langdurig (ca. 6 jaar) onder water te bewaren (te wateren), waardoor de kleur van het spint die van het kernhout benaderde. Het grote voordeel van de takvrije hoogte van de stammen tussen de 35 en 40 meter maakt dat ook langere planken geen noesten hebben. Door de vrij grote krimp kan tijdens het drogen een sterke vervorming optreden. Voor een tafel op maat moet het hout zeer goed, dus jarenlang, gedroogd worden.
